14. Naar Victoria, Vancouver Island

Vandaag verruil ik het vaste land voor het grootste eiland aan de pacific kant van het amerikaanse contintent. Om 11 uur heb ik dr boot, nadat ik net te laat was de voor ferry van 10 uur. Je vergist je toch snel in de afstand, want de boot doet er toch een goede anderhalf uur over.

Het weer is wel weer even wennen, in ieder geval behoorlijk koeler. De zeemist die hier en daar en op zee optrekt zorgt er voor dat de temperatuur niet verder komt dan zo'n 14 graden. Terwijl, wanneer de zeemist weg is en de zon vrij spel krijgt, de temperatuur oploopt tot 20 graden. Het scheelt een jas!

Sidney (met een 'i')  is het eerste dorpje dat ik tegenkom op Vancouver Island (ik kort het vanaf nu maar af als VI). Het is een leuk dorpje, met een prima terras in de zon. Uitzicht op zee en op een lekkere sandwich wilde zalm.
Na de lunch door naar Victoria, en laat dat nu direct aan de oceaan liggen. Er is dus zeemist en kou. Maar, zoals veel steden-aan-zee, is het een leuke, bezige stad met heel veel engelse invloeden. Dat willem zeggen engelse gestijlde gebouwen en schotse, ierse en andere angelsaksische drinkgelegenheden; je struikelt erover. En wat betreft de mist: het leve ert geweldigde plaatjes op. Mogen meer.